Dracaena (Drakenbloedboom)

De Dracaena wil een boom worden. Hij groeit in de toppen nieuw blad en de onderste bladeren worden na verloop van tijd afgestoten, zodat de stam langer wordt. De drakenbloedboom is geen enorm snelle groeier!

Er zijn vele soorten en variëteiten van de Dracaena. Allemaal met hun eigen kleuren en eigenschappen, Ze hebben echter allemaal een stam. De Drakenbloedboom kun je vaak in meerdere varianten kopen als het gaat om deze stam. Soms staan er verschillende losse stammen in de pot, de stam kan wel of niet vertakt zijn en soms zijn stammen van verschillende lengtes samengebonden, zodat je over de hele hoogte blad ziet. Dit heeft echter meer met het werk van de kweker te maken dan met de Dracaena soort.

De Dracaena sanderiana wordt ook wel geluksbamboe genoemd. Het is een Dracaena soort die snel groeit en kleinere bladeren heeft. De steel wordt vaak gebruikt als tak voor in een vaas, met bovenin een krul. Na verloop van tijd zal de steel wortels geven, de plant kan je dan stekken.

Ja, Dracaena’s zijn licht giftig. Als je eet van de bladeren kun je misselijk worden, let daarom goed op met huisdieren en kinderen. Waarschuw altijd een dierenarts of dokter als je vermoedt dat er van je plant is gegeten. Als je de Dracaena draco (de officiële drakenbloemboom) snoeit, komt er roodgekleurde hars tevoorschijn. Hier komt de naam drakenbloedboom vandaan! Deze hars is licht giftig. Bij andere soorten Dracaena’s komt er ook vocht vrij, deze kan irriteren op de huid.

Een plek in de schaduw is prima voor een Dracaena, het is een echte schaduw kamerplant. Wil je hem graag bij een raam, laat hem dan heel langzaam wennen aan meer licht, door hem steeds dichterbij te plaatsen. Gele bladeren wijzen op te veel licht en indien groei achterblijft, dan kan meer licht de oplossing zijn. Dracaena’s groeien van origine op plekken met een redelijk hoge luchtvochtigheid, maar toch kunnen Dracaena’s ook goed tegen de lage luchtvochtigheid in huis. Sproeien is dus niet echt nodig, tenzij je wil sproeien tegen stof op de bladeren, dat mag natuurlijk wel.

Een Dracaena is een eenvoudige en sterke plant welke weinig verzorging nodig heeft.

Een drakenbloemboom heeft niet veel water nodig. Pas als de grond droog aanvoelt kun je weer een scheut geven. In de winter betekent dit dat je soms zelfs slechts eenmaal paar maand, of nog minder, water hoeft te geven! In de zomer is elke 2 á 3 weken water geven prima voor je Dracaena. Geef liever te weinig dan te veel, anders krijg je kans op wortelrot.

Alleen in het groeiseizoen heeft de Dracaena extra voeding nodig, ongeveer vanaf maart. Geef nooit voeding in de herfst en winter, dan is de plant in rust. Universele plantenvoeding voor groene kamerplanten is prima voor deze plant, volg altijd goed de dosering op de verpakking.

Je kunt de Drakenbloemboom snoeien naar smaak. Knip je omhoog groeiende takken, dan wordt de plant breder. Knip je zijtakken weg, dan gaat hij juist meer de hoogte in. De Dracaena zal opnieuw uitlopen onder het afgeknipte stuk. Ben je tevreden over de grootte? Ook dan kan het leuker zijn om toch wat te snoeien, want de jonge uitlopers laten de plant er wel fris en levendig uit zien. Tip: als je een tak van minimaal 10 centimeter afknipt, kun je deze mooi als stekje gebruiken! Lees hierover meer onder ‘stekken’ verderop.

Als je plant te groot is geworden voor zijn pot kun je hem verpotten. Eens in de 2 á 3 jaar is meestal voldoende. Zet je Dracaena dan in een pot die ongeveer 20% groter is dan de oude. Je kunt dit het beste aan het begin van het groeiseizoen doen, in maart. De plant kan daarna goed herstellen. Gewone kamerplantenpotgrond is prima om te gebruiken. Heb je veel potgrond ververst? Pas dan daarna even op met meststoffen, want in de nieuwe potgrond zit vaak al voor 6 tot 8 weken voeding. Te veel meststoffen kunnen schadelijk zijn voor de plant en de groei tegenhouden.

De Dracaena kun je heel eenvoudig stekken. Knip een stuk steel af van zo’n 10 centimeter en verwijder een deel van de bladeren. Zet de steel vervolgens in water. Na een tijd zullen er wortels gaan groeien en als de wortels ongeveer 2 á 3 cm zijn, kun je je stekje in de grond steken. Let wel op: de Dracaena is geen snelle groeier, dus een beetje geduld moet je wel hebben. Stekken kun je het beste doen aan het begin van het groeiseizoen, in de lente. Het gaat dan wat sneller.

Bij sommige Dracaena soorten hoort het wel een beetje dat de bladeren wat hangen, bijvoorbeeld bij een Dracaena marginata. Het is ook onderdeel van het natuurlijke afstotingsproces: de drakenbloedboom laat zijn blad eerst hangen, dan wordt het geel en dan bruin voor het los laat.

Bruine punten kunnen ontstaan aan je Dracaena, als deze op de tocht staat of als de lucht erg droog is, bijvoorbeeld boven een verwarming. De bruine punten kun je afknippen, of je verwijdert het hele blad.

Gele bladeren, of verlies van kleur, duidt er meestal op dat de Dracaena te veel licht krijgt. Geef hem een plek met meer schaduw.

Elke plant heeft licht nodig om te groeien. De Dracaena kan heel goed tegen schaduw, maar te weinig licht kan er wel voor zorgen dat hij niet goed groeit. Het kan dan helpen om de plant op een lichtere plek te zetten.

Ook Dracaena’s kunnen last krijgen van beestjes. Trips, spint en wolluis zijn de meest voorkomende plagen. Lees hier alles over het bestrijden van trips,  hier alles over het bestrijden van spint en hier over wolluis in je kamerplant.

Deel jouw Dracaena met #intratuin en zie hem hier terug! Lees meer.